Wat doe je als je iets wilt laten zien dat niet bestaat?
Dan moet je een beeld verzinnen. Niet helemáál natuurlijk. Als je een rivier tekent uit het Holoceen, dan heb je hedendaagse voorbeelden uit IJsland. Als je een niet bestaand gebouw moet laten zien, knip en plak je allerlei voorbeelden aan elkaar. En anders vraag je Midjourney of een andere AI om iets te verzinnen.
Botsend beeld
Beeld maken is dus niet zo’n probleem. Maar dan.
‘O, in mijn hoofd was Harry Potter altijd veel kleiner’, zegt een kind dat de boeken heeft gelezen (bij uitstek een bezigheid die beeld oproept in je hoofd). Beeld kan die ‘de vrije loop van de fantasie’ dus verstoren. Wat jouw gesprekspartner in zijn hoofd heeft kan wel eens botsen met het beeld dat je hem of haar voorschotelt.
“Algemene auto’s”
Als je wilt praten met een nieuwe klant over een logistieke oplossing, wil je geen afbeelding van andermans fabriek laten zien. Als je wilt praten over auto’s, heb je ‘algemene auto’s’ nodig, geen Porsche 911. Want als de nieuwe klant reageert met ‘zo’n auto heb ik niet’, of ‘ons gebied is anders’, en dan slaat het gesprek een zijspoor in.
Je wilt een tekening met precies de eigenschappen die de juiste discussie veroorzaken.
Kleine disclaimer: ‘precieze mensen’ kunnen het wel eens moeilijk hebben met een fictieve tekening. Ingenieurs kunnen niet aan een ‘algemene auto’ of een ‘gemiddelde fabriek’ denken. Geologen vinden een schematische tekening áltijd te ‘ongeveer’.
Grote disclaimer: als je dingen schematisch weergeeft en allerlei verschijnselen uit de werkelijkheid weglaat, ben je aan het manipuleren. Dat is een gegeven, met elke fictieve tekening. Maar ben je ethisch bezig? Is het greenwashing? Beeld je iets onhaalbaars af?
Maar de lezer, die krijg je met dit ongeveer-beeld het snelst aan het denken over hoe het zou kunnen worden, hoe het zou kunnen werken.
Goed beeld nodigt uit tot meedenken. En dat is winst.
Verzinnen dus!