by Klaas | 13 jun, 2023 | Visualisaties voor marketing, Visuele verhalen voor bezoekers
āJe hebt bij het in- of uitrijden van het gebied eigenlijk geen idee wat hier te doen isā.De opmerking van de wijkagent verraste me totaal. Ik nam ik deel aan een placemaking-sessie in Rijswijk. Dat is een plek verbeteren, door met alle betrokkenen rond te lopen en ter plekke ideeĆ«n te oogsten. Mijn rol zou zijn āde beste ideeĆ«n goeie tekst en beeld gevenā. Heerlijk hoogdravend, kan zo op een tegeltje. Ik was heel even heel tevreden.Ā Totdat de wijkagent in de blessuretijd haar mond open deed:
āWij weten van dit gebied soms niet eens wie de huurders zijnā.Ā En: ādeze plek heeft misschien gewoon een plattegrond nodigā. Wow.
WƔƔt? Een plattegrond?
Zoān Falkplan-kaart met fotoās van āherenmodezakenā eromheen. Suf! Iedereen heeft toch Google Maps op zān telefoon om een restaurantje te zoeken? Waarom zou een stadsdeel of bedrijventerrein dan toch een eigen plattegrond maken? Voor marketing. Laten zien wat er hier is.
- Een plattegrond op bord of folder is gastvrij. Zichtbaar, leesbaar, laagdrempelig. Ook als-ie digitaal is.
- āØDit gaat niet over navigatie, het gaat over overzicht. āWat is er hier allemaal te doen of te zien, ongeveer?ā.āØ
- Een plattegrond bewijst dat jouw gebied een eenheid is.āØ
- De belangrijkste: een plattegrond is een drager van jouw identiteit.
Definitie: een plattegrond is een overzichtelijke tekening van een locatie die verwachtingen wekt of bijstelt.
Bezoekers hebben de plek al gezien op Google Maps, maar het āgevoel van de plekā overdragen kan niet met Google Maps, omdat het universeel is, Amerikaans ook nog. De plattegrond is marketing, eerste kans om mensen de identiteit van een plek te laten kennen.Ā Dan is het dus is een communicatiemiddel, dat net als andere huisstijlonderdelen uitdraagt hoe je gezien wilt worden. Zoān plattegrond kan knus zijn, of hip, of strak, of energiek. Of gewoon heel mooi. Dat doet altijd wonderen bij bezoekers.
Wat maakt onze plek?
Je moet samen bepalen wat er op moet, met welke nadruk en welke details. Hij moet natuurlijk wel kloppen. Vastgoedmensen, huurders, gemeente en marketing-mensen moeten elkaar daarover spreken. Handig als de ontwerper van de plattegrond er meteen bij zit. Nee, niet āhandigā, verplĆcht. En nodig de wijkagent ook uit, je weet nu waarom.
En wat gebeurt er als bewoners, gebruikers en bestuurders zoān plattegrond zien? Die zeggen: ādĆ”t is onze plek!ā
Onze plek!

Plattegrond voor de marketing van het ArenAPoort gebied in Amsterdam-Zuidoost. Bedoeld om ’te laten zien wat er is’, en dat het allemaal vlak in de buurt is. Gemaakt als Booqi (zo’n heel kleine plattegrond voor marketing) en webpagina.

Plattegrond van de bibliotheek van de Rijksdienst voor Kunsthistorische Documentatie. Let op het mooie bankstel in de wachtruimte en de genderneutrale wc-icoontjes. Details!

Een fietsroute langs nat Friesland. Plattegrond ingekleurd met potlood, voor een educatief, warmbloedig effect. (gemaakt voor IVN Fryslan)

Uitgebeende plattegrond voor het Stedelijk Museum, strak in de huisstijl. Als je iets moois wil, dat hangt aan de muur.
(In opdracht van Mevis & Van Deursen)

Twee uit een serie van 12 wijngebied-kaarten. Verfijnd, voor het boek van verfijnd wijnkoper Okhuysen. Dit soort kaarten moeten helemaal met de hand, dan worden ze specifiek.

Plattegrond van de Villa ArenA shopping mall. Het gebouw is weergegeven, getrouw aan de richting van de looproutes, niet getrouw aan de werkelijkheid. Alleen zo kun je alle winkels zien en alle namen kwijt.

Beetje rustiek, zo met de hand. Plattegrond van Landgoed Elswout.

Gebiedskaart voor een serie informatieborden voor een waterschap. Het water moet er allemaal op staan, de rest kan weg, behalve herkenbare plaatsen. Ook kunnen er lagen op met inundatie- of waterafvoergebieden.

Schematische weergave van stremmingen in Zaandam, die optreden bij de verbouwing van een sluis. (Voor BAM via Roel Stavorinus)

Plattegrond voor Kunstfort Vijfhuizen. Oogt niet alleen militair, maar is ook lekker kopieerbaar…
by Klaas | 13 jun, 2023 | Visuele verhalen voor bezoekers
Veel erfgoed ziet eruit als ouwe zooi.
En dat is het ook.Totdat je bewijst dat het relevant is, dat het ons iets te vertellen heeft.
Begin dan door toekomstige bezoekers van erfgoed alvast in de week zetten, bijvoorbeeld door erfgoed zichtbaar te maken in educatief materiaal voor scholen. Daarin staat de basiskennis: het was ooit oorlog, Nederland heeft een kust, Duitsers waren bang en bouwden bunkers. En dan laat je die bunkers zien.
De gebruikelijke manier om loslopend beton in de duinen te laten zien is door er een plaatje met een nummer erbij (Aggregaatbunker type M183). Dat is zoiets als āStilleven met fazant, olieverf op doek, 1665ā op een museumbordje. Wat moet ik ermee?
Zet je publiek in de juiste stand in 4 stappen
Stap 1: onthul de samenhang met een simpele vraag
Al die losse bunkers in de duinen hebben verschillende rollen. Die rollen zie je als je een simpele vraag stelt, zoals āer komt een Engels oorlogsschip, wat moet je allemaal doen om daar op te kunnen schietenā. Dan zie je verrekijkers (en een hoog punt), vuurleiding (en dus officieren), laders (rotwerkje), richten (technologie), munitieopslag (die dikke bunker), en veel beton (ja, die Engelsen schieten terug).
Stap 2: āā¦en wat heb je nog meer nodig?ā
We hebben geschoten op het schip. Daar krijg je honger van. Vlakbij het bunkercomplex is dus ook een keuken, een eetzaal, manschappenverblijven. Die moet je bevoorraden, daarom ligt er een weg.
Stap 3: āen wat moet je daar dan voor doen?ā
Om die weg te bestraten trekken we alle klinkers uit de straten van IJmuiden, waar dus alleen zand overblijft. En als het soldatenvoer op is, dan zijn het niet de soldaten die honger moeten lijden, maar de burgers. Om de bunkers te verdedigen aan de landzijde plaatsen we kanonnen. En o ja, we slopen huizen om het schootsveld vrij te maken, en leggen prikkeldraad en mijnenvelden. Wonen in IJmuiden anno 1943.
Stap 4: āen wat heeft dat met mij te maken?ā
Zegt een scholier: āIk vind het nog steeds stom, zoān les over ouwe spullen. Het is mooi weer buiten, we gaan liever zwemmen!āĀ Laat een 80-jarige IJmuidenaar maar eens vertellen waar ze dan gingen zwemmen. In het kanaal? Kon niet, daar lagen mijnen. In zee? Kon niet, op het strand werd je doodgeschoten. Dan maar uit school direct naar huis, door die straten van zand. Als je huis er nog stond. Met het persoonlijke verhaal krijg je de klas wel stil.
Nu de klas is opgewarmd met voorkennis, zijn de scholieren rijp om een excursie te maken. Want erfgoed maakt nog steeds de meeste indruk āin het echtā.
Hup, ernaartoe!
Projecten van Explanation Design (mijn vorige bedrijf)
atlantikwallindeklas.nl (interactieontwerp door Ruben Daas, digitale zaken door Studio Alloy, stijl door Manon Den Hartog)
stellingvanamsterdam.nl (interactieontwerp Ruben Daas, digitale zaken whizzweb.nl)
mediaspoor.nl (interactieontwerp Ruben Daas, huisstijl Manon Den Hartog)

Welke dingen laat je je publiek zien, welke onderdelen heeft je verhaal, in welke volgorde? Die vraag moet opgelost worden. Daarna, zoals hier op een digibord-les, moet je nog bedenken wat de leerlingen dan moeten dĆ³en. In dit geval: het juiste begrip in het vakje slepen. Deze omzetting naar een handeling, daar heb je specialisten voor nodig, zowel om het te bedenken (interactie-ontwerp, in dit geval door Ruben Daas) als om het technisch werkend te krijgen op al die verschillende devices op scholen (gedaan door Alloy, een uitstekend digitaal bureau)

Een kijkje in Fort Vijfhuizen: de officieren en soldaten, waar slapen ze, wat hebben ze aan, wat hangt er boven hun bed? Door te klikken op deze ‘schoolplaat’ komen ze bij korte opdrachtjes.

Digitaal educatief materiaal moet eenvoudig te bedienen zijn, en moet ook geschikt zijn voor korte en lange lessen op verschillend niveau. Of het werkt, moet je in het veld uitzoeken.

Om het belang van het interactie-ontwerp nog eens duidelijk te maken: op deze schets zie je wat je allemaal nodig hebt om een schot te lossen vanaf de duinen bij IJmuiden.

Dit is wat de interactie-ontwerper ervan maakt: pas als de bemanning elk hun eigen gereedschap heeft gekregen (een radio, een granaat, een richtkijker) wordt het schot gelost. Interactieontwerp door Ruben Daas.

Animatie werkt ook goed. Als de vijand komt zetten we de boel onder water (links) en halen we de bouwsels weg uit het schootsveld (rechts). Elke animatie uit deze serie volgt hetzelfde stramien: ‘wat doen we als de vijand komt?’ (Uit: Stellingtour, een spel over de Stelling van Amsterdam)

Uit het lesmateriaal voerde Stelling van Amsterdam: hoeveel eten moet je naar een Fort aanvoeren per week?
by Klaas | 13 jun, 2023 | Visuele verhalen voor bezoekers
Ik heb het wel slim bekeken, vind ik. De wetenschap is een geweldenaar die intimiderende teksten en tabellen in het rond slingert. Maar net de twee vakgebieden waar ik van hou, ā ecologie en geologie ā halen hun kennis uit een werkelijkheid die je gewoon kunt aanwijzen. Als je wetenschap toegankelijk wil maken is dat een flinke meevaller.
De grond onder onze voeten is er in miljoenen jaren neergelegd. Daās heel behapbaar. En ecologie: wie heeft nou niet het gevoel dat alle planten en dieren met elkaar verbonden zijn in een systeem? Wat is er nou prettiger dan het product van geologie en ecologie ā het landschap ā te bezoeken?Toch kan ik me het hoofd breken over het behoud van bijzondere en kwetsbare geologie, ecologie of erfgoed. Want hoe kan het dat de fietsers er voorbij rijden, de scholieren het saai vinden en de kiezers het over het hoofd zien?
Kennelijk is het niet zichtbaar genoeg. De taal en het beeld dat de vakmensen gebruiken komen buiten het vakgebied niet ver.
Wat heb je nodig om de geologie of ecologie te kunnen zien?
Niets meer dan een paar aanwijzingen. Een scheutje kennis. Liefst ter plekke toegediend door een menselijke gids.
āZie je dat de kwelder hoger ligt dan de polder achter de dijk?ā
āZie je dat er geen gruttoās zijn in de buurt van bomen?ā
Ja, dat zien ze wel. Mooi. Precies nu moet je komen met een verklaring voor dat hoogteverschil of dat vogelgedrag. En wel in termen die jouw publiek begrijpt. KĆ³n je er als geoloog maar naast gaan staan.
Versimpelen, maar niet te ver
De Ć©Ć©n na beste manier om een gebied te zien is via een gids van papier of digitaal, met fotoās, illustraties, kaartjes en tekst. Een atlas, een app, een reisgids. (Of dat ding van papier is of digitaal maakt niet zoveel uit, lijkt me. Maar iets dat je zo weer wegklikt, is een boodschap die je zo weer vergeet.)
Hoe dan ook, digitaal of analoog, je wilt de wetenschappelijke kennis ontsluiten op een makkelijke, visuele manier. Je wilt versimpelen, maar niet te ver. De werkelijkheid is complex en de lezer heeft dan misschien weinig tijd, hij of zij wil die tijd zƩker niet verspillen aan informatie of verhalen waar ze niks van opsteken.
Zo wordt het toch nog best een werk, dat āwetenschap toegankelijk makenā van mij. Goed dat de beloning zo groot is: als je geologie of ecologie eenmaal gezien hebt, blijf je het overal zien.
Daās rijkdom.
Geologie op een feestje
Lollige anekdote: Ć©Ć©n van de professoren die aan de Canon van het Nederlandse landschap meewerkte gaf me een geweldige reden om mijn werk te doen. Hij zei “dank voor je werk, nu kan ik op een feestje wel gewoon uitleggen wat ik doe”. Dat geeft ook even aan dat wetenschappers ook zelf een korte versie van hun werk heel handig vinden.

Atlas van Nederland in het Holoceen, blokdiagrammen van vlechtende, meanderende en anastosomerende rivier.

Blokdiagrammen en kaartjes kunnen er heel vriendelijk uitzien. Hoe simpel mag het visualiseren van wetenschap zijn? Wanneer ga je van toegankelijkheid naar ’te weinig vertellen’?

Canon van het Nederlandse Landschap, een vouwvel van 16 vlakken, gemaakt met 20 professoren en specialisten, die er elk wel een boek over konden schrijven.

De inhoud is strak aangesnoerd: elk vlak van het vouwvel heeft een inleiding, een beschrijving van een fenomeen, en een aantal locatieteksten van waar dat fenomeen zich voordoet. De blokdiagrammen visualiseren het verschijnsel.

Deze ‘folder’ vind ik nog steeds een goed voorbeeld van hoe informatie uit pure tekst overgeheveld kan worden naar foto, kaart, illustratie en tijdlijn.

Er is een apart gedeelte voor menselijke toevoegingen aan het landschap, bovenop zand, klei en veen.

‘Het ontstaan van Zeeland’ laat je vanuit het verleden naar het heden bladeren, waarbij je goed ziet hoe Zeeland droogvalt, weer overspoelt wordt en uiteindelijk langzaamaan bedijkt wordt.

Online zou je dit met een slider doen, zoals topotijdreis.nl, maar met de hand bladeren geeft je natuurlijk een fijn object.

Er bestaat ook nog zoiets als wetenschappelijke posters, voor op congressen. Voor een paar geomorfologen maakte ik er een dozijn, waarbij het visuele voorrang krijgt. Het landschap zelf is tenslotte visueel.

Het kan ook een stuk abstracter: de haven van Rotterdam (gekanteld), uit het project ‘Klimaat als Kans’. De zeespiegel stijgt en Nederland moet daarop ingericht worden. Blauwe arcering = waterberging.
by Klaas | 13 jun, 2023 | Visuele verhalen voor bezoekers
Het is alsof je weer in de klas zit, bij zo’n al wat oudere geschiedenisdocent. Hij vertelt hoe het zit en straalt daarbij uit dat jij dom bent dat je dat niet weet.Zo praat een informatiepaneel vaak tegen je.
Als ik op reis ben, word ik blij van borden met een mooi beeld van iets dat ik niet zomaar zelf kan zien. Iets onder de grond, of buiten mijn zicht. De situatie van 400 jaar geleden of de samenhang van een verdedigingswerk bijvoorbeeld. Met een bondige tekst erbij (maar niet te summier). Mooi beeld over erfgoed geeft je precies wat je nodig hebt om de waarde van het erfgoed te ontdekken.
Digitaal?
Je zou zeggen: met digitale middelen kun je zoveel meer doen. Maar ze zijn onzichtbaar in het veld. Met een app die je nog niet hebt geladen rij je een interessante plek voorbij, een paneel attendeert je er juist op. Bovendien pak je dan weer je telefoon, en die pak je al zo vaak. (veel jongelui en senioren hebben geen eindeloos data abonnement, dat speelt ook nog een rol)
Toch een bord dus.
De lezer belonen
Met informatie die de ervaring flink vooruit helpt, aangevuld met een QR-code (toch digitaal dus ;-)). Daarmee vind je een expert die iets vertelt, of een filmpje van de werking. Dan beloont het bord de lezer. Dat moet. Anders stopt die niet voor het volgende bord, en word-ie misschien wel helemaal bordenschuw: āWat doen al die lelijke plastic prints met grote logoās in mān mooie landschap?!ā, zegt-ie dan. Ja, ik durf te zeggen: vormgeverige vormgeving geeft alleen maar ruis.
Voorbeelden
Het watersysteem rond Utrecht is honds ingewikkeld en burgers en toeristen ondervinden er dagelijks de werking van (of de werkzaamheden er aan). En het is gewoon leuk om te weten hoe het zit. Het voorbeeld hieronder, gaat over de Waaiersluis in Gouda. Passanten en toeristen moeten er vaak wachten, en precies op die plek staat het bord. Dicht bij de sluis. Je kunt dus om je heen kijken en dan steeds op het bord om te checken waar je naar kijkt.
Als ik eerlijk ben, er staat teveel op.
Maar ja, mijn missie is dan ook nog niet volbracht.
M’n beste bord ga ik nog maken.
Meer over bezoekers, erfgoed en de verhalen erover lees je hier.
Meer over mooie informatiepanelen, hier.

Gewoon een lekker kijkding, centraal op het informatiepaneel over het Rijksmonument de Waaiersluis in Gouda.

Zo’n klus begint met veldwerk. Hup ernaartoe en iedereen even spreken. Grappig: de technische man van het waterschap (rechts) kent de theorie, maar de Sluismeester (met pet) kent de praktijk. Bovendien kon je met ‘m lachen en zat hij vol anekdotes.

Een waaierdeur in ruststand. De grap van een waaierdeur is dat hij tegen de eb- of vloedstroom in, toch dicht kan. Gewone sluisdeuren worden uit hun sponningen gedrukt als je ze tegen de stroom in probeert te sluiten. De waaierdeuren zitten er bij Gouda, omdat eb en vloed tot daar reikt. De sluis is de meest landinwaartse zeewering, zogezegd.

Het gehele paneel meet 90cm bij 180cm en is nogal een encyclopedie. Maar hij is de helft kleiner dan het oude paneel dat ie vervangt. Op het paneel wordt links de historie en het gesteggel om de uitvinding beschreven, dan een uitleg van hoe een sluis werkt, dan een kaart met het belang van de sluis, een schema met een verklaring voor alle verschillende deurhoogtes, de werking van de waaierdeuren en tot slot de werking van de gemalen en de vispassages.

Het oude paneel. Meer tekst, en meer uitleg, maar op een schoolmeesterige manier. Een mooi beeld over erfgoed zorgt dat die schoolmeester een stuk minder dramt.

Pittig schema dat alle waterhoogtes en sluisdeurhoogtes verklaard. Let op hoe rechts de buitenwijken van Gouda lager liggen dan zelfs de laagste waterstand…

De werking van de sluizen was op het oude paneel recht van boven, nu isometrisch. Da’s makkelijker te begrijpen.

De werking van de waaierdeuren en de vispassages is wel recht van boven. Dit schema kun je makkelijk relateren aan de grote tekening centraal op het bord. De website van het informatiebord is trouwens hdsr.nl/waaiersluis

Zoals een waterschap een werkplaats heeft, heb ik in Illustrator een terrein met losse onderdelen š

Het is niet moeilijk. Als er een heel systeem onder de grond zit, maak je daar gewoon een tekening van. Wel eentje die minder ingewikkeld is dan de tekening van de ingenieurs natuurlijk.

Op het uiteindelijke paneel ziet het er zo uit: je ziet de molen met alles eromheen, met inzetjes voor de ondergrondse onderdelen, net iets groter afgebeeld, en met eigen beschrijvingen.
by Klaas | 13 jun, 2023 | Visuele verhalen voor bezoekers
Boeren praten als vanouds over opbrengst. Vogelaars praten over het herkennen van een soort.
Nu is gebleken dat de weidevogels met zeker 75% in aantal zijn afgenomen en de boeren nauwelijks een inkomen overhouden aan keihard produceren, komen boeren en vogels in de publieke aandacht. En dat publiek kan wel wat kennis gebruiken, liefst ter plekke. Dat kan, met mooie informatiepanelen over het landschap, de vogels en de boeren.
De Vogelbescherming ā meesters in het combineren van fraaie vogels met sombere verhalen ā vroeg mij informatiepanelen te bedenken voor een weidevogelproject in de Bovenkerkerpolder tussen Amstelveen en Uithoorn. Melkveehouders hebben daar zelf een melkfabriek opgericht, en van de opbrengst betalen ze maatregelen die de weidevogels helpen. En dat is niet bepaald de enige link tussen boer en vogel.
De wetenschap temmen
Kennis over weidevogels komt van alle kanten. Ecologen, biologen, waterschapsmensen en de landbouwuniversiteit smijten met rapporten vol jargon en statistiek. De informatie komt altijd van Ć©Ć©n partij, dus als een bezorgde burger het al kan lezen, dan ziet-ie nooit het geheel.
Dat is dus mijn eerste taak: op het informatiepaneel het geheel laten zien.
Maar is dat vanuit het perspectief van de vogelbescherming, of vanuit dat van de boeren? Weet je wat, ik begin in het midden. Bij alledaagse begrippen: gras, mest, rust en water. Dat stapt ook lekker makkelijk in, voor de lezer. Die kan ook altijd terugvallen op deze eenvoudige aanknopingswoorden. Je kunt dus rustig met voedselketens, trekroutes en maaimethodes aankomen. Nog beter, deze begrippen komen voor in al die verschillende vakgebieden.

De lezer (zowel de boeren- als de vogelliefhebber) haakt aan bij een simpel begrip. Rust, mest, water en gras. Van daaruit gaat het de diepte in.

Traditionele natuurinformatie begint bij een dier, een vogel in dit geval, en zet dat aan de top. De boer bungelt ergens onderaan. Bij dit project vormen eenvoudige begrippen uit het landschap een gelijkwaardige verbinding tussen boer en vogel.

Eigenlijk vragen we de bezoeker om het schuifje ergens te zetten. Da’s eigenlijk gewoon politiek. De vogelbescherming wil de schuif helemaal naar rechts, en dat lukt alleen als de boeren er brood in zien.
Kunst gebruiken
Je zou wel gek zijn om de schoonheid van de vogels niet te gebruiken. Zij lenen hun charisma en je kunt ze van veraf al zien. Een aantrekkelijk paneel belooft dat je iets te weten gaat komen. De hoofdrolspelers (de vogels en de boeren) brengen spanning mee: wie krijgt het zoals-ie het hebben wil? Hoe zou jij het willen? āØRuimtelijke informatie (over maaien, waterpeil of hoe de kuikens lopen bij gevaar) gaat via tekeningen. Er is allerlei lekker strooigoed: bloemen, insecten, de labeltjes aan de illustraties en diagrammen, de mooie soortnamen. Al die tekeningen geven de tekst de kans om lekker kort te blijven.
De consequenties tonen
De informatie en tekeningen zijn herkenbaar āgroenā, maar het is geen marketing van het eigen gelijk met grote logoās erop. De Vogelbescherming zegt: onze organisatie ziet de andere partij ook. Lezers die geen natuurbeschermer zijn worden niet afgeschrikt. Maar de eerste zin van het paneel over gras zegt wel: āDe melk is te goedkoopā. Wat mij betreft is dit een feit (ik heb dit zinnetje erop gezet en blij dat het niet geschrapt is). De waarneming āwat de boer wil staat op gespannen voet met wat de vogel nodig heeftā wordt hier aangescherpt: āwat de boer wil, dat is wat de consument van hem vraagtā.
Vindt de burger dat de vogels beschermd moeten worden, dan moet-ie voorkomen dat de consument in hem de goedkoopste melk koopt.
Het is fijn om mooie informatiepanelen over landschap en natuur te ontwerpen voor opdrachtgevers die zaken aankaarten die normaliter afgedaan worden met ādat is hoe de wereld nu eenmaal werktā. Als je droogjes laat zien hoe het zit, hoe een probleem in de wereld komt, dan kan iedereen zien waar ze kunnen helpen.
Koop om te beginnen de melk van de Boeren van Amstel.
Alleen al omdat-ie zo lekker is š

De panelen zijn een soort hybride: tekst, infographics en illustraties samengesmolten.
[caption id="attachment_7539" align="alignleft" width="2560"]
Om geen nieuwe objecten in het veld te zetten, zijn de borden op een eikenhouten plank bevestigd, die met beugels op de bovenrand van veldhekken staan.

Mooie informatiepanelen over landschap en natuur op veldhekken langs de fietsroute. Er is ook een viewfinder, een uitzichtpunt met informatie in drie delen over vogeltrek naar zuid, oost en noord.

In een hoek van elk bord een kaartje en een melkpak met de reden van deze borden: weidevogelmelk om de maatregelen mee te betalen. Echt lekkere melk, natuurlijk.

Bevestiging van de borden op de viewfinder. Lokale bedrijven hebben de planken gezaagd, de borden bevestigd en het uitzichtpunt gebouwd. De panelen zelf zijn gemaakt van dibond met een car-wrap-sticker, geprint op een 6 kleuren pers. Prachtige zachte verlooptinten!

Viewfinder in weidevogellandschap De Slaag, voor Natuurmonumenten.

Eerdere serie borden op metalen veldhekken in het Eemland, voor Natuurmonumenten.

Geen nieuwe objecten in het landschap. Dat scheelt al een stuk in het ‘informatiebordengevoel’.

Alle panelen bevatten uitleg, via supergrote tekst en een diagram. Hier zie je hoe weidevogelbeheer eigenlijk teruggrijpt op de omstandigheden van vroeger, voor de grootschalige veeteelt.

De afgebeelde vogels zijn geen vogels, het zijn echt illustraties, met strakke lijn en gevuld met patronen ontleend aan de Japanse houtsnijtechniek.

Op de viewfinder vind je aan de bovenrand alle gebieden waar vogels heentrekken vanuit de Bovenkerkerpolder. Hier een scholekster, die liever niet te ver weg gaat.

De zwanen vliegen naar de Pjasina-delta op het Taymir schiereiland in Siberiƫ. In vier etappes!

Wulpen vliegen niet naar noord of zuid, maar naar het westen, naar de Britse wetlands.